De Uilenburger synagoge
De Uilenburger synagoge is één van de oudste en meest tastbare herinneringen aan het joodse proletariaat en de oude jodenbuurt van Amsterdam.
Vanaf het eind van de 17e eeuw vestigden zich arme joden uit Oost Europa op de nieuw aangelegde eilanden van de stadsuitbreiding, w.o. Uilenburg. Zij hebben er eeuwen gewoond en gewerkt, bouwden er hun Uilenburger synagoge, hadden een eigen taal en cultuur, een vreemde godsdienst met een andere kalender en eigen eetgewoonten. De nieuwe Amsterdammers werden weliswaar getolereerd maar bepaalde beroepen mochten ze niet uitoefenen. Joden mochten geen lid worden van de gilden en moesten hun eigen onderlinge hulp en armenzorg organiseren. Men hield sjabbat en ging trouw naar sjoel. De mensen leefden dicht op elkaar in ongezonde krotten en er heerste grote armoede.
In de Tweede Wereldoorlog werden bijna alle joodse bewoners uit de buurt gedeporteerd en vermoord. De huizen en andere gebouwen van de joodse gemeenschap werden leeggeroofd en van alle brandbare materialen ontdaan.
De synagoge bleef onttakeld en ontredderd achter.
Ter herinnering aan de joden, die hun Mokum nooit meer terug zouden zien, om recht te doen aan de geschiedenis van het bijzondere gebouw en de buurt en ter lering van de huidige en komende generaties werd in 2002 de Stichting Uilenburgersjoel (SUS) opgericht .
De doelstelling van de stichting is bovenal het terugbrengen van de Uilenburger Synagoge in de joodse sfeer, maar ook het verwerven van het hoofdgebruik van de sjoel en deze waar nodig te restaureren en te onderhouden. Hoofddoel hierbij is het openstellen van de synagoge voor diverse joodse sociale en culturele activiteiten en erediensten. Maar natuurlijk ook het ter beschikking stellen van de synagoge voor diverse activiteiten op sociaal en cultureel gebied voor de omliggende buurten en andere Amsterdammers.
In 1954 kocht de gemeente Amsterdam het gebouw voor het marktconforme bedrag van fl. 75.000. Na een provisorische opknapbuurt was het langdurig in gebruik voor de opslag van historisch waardevolle bouwmaterialen en was het restauratie atelier van Hans ’t Mannetje erin gevestigd.
Vanaf 1988 werd de synagoge aan het Nationaal Restauratie Centrum (NRC) verhuurd. De restauratie van het gebouw, maar niet als sjoel, kwam in 1996 gereed. Er worden nu cursussen in o.a hakken en beeldhouwen geven en de bovenzaal wordt verhuurd voor concerten en andere activiteiten.
Al op 2 september 1724 werd op de plaats van de huidige synagoge een huissynagoge ingewijd. Deze provisorische invulling werd snel te klein.
In 1765 werd besloten om een nieuwe synagoge te bouwen, die op 29 augustus 1766 in gebruik werd genomen. De bovenzaal was bestemd voor godsdienstoefeningen. De begane grond was verdeeld in twee zalen, die aanvankelijk dienst deden als bruiloftslokalen. De kelders fungeerden als keukens. Tenslotte werden de beneden ruimten gebruikt als een rituele slachtplaats voor gevogelte. In 1889 wordt er aan de achterkant een tweede trappenhuis gebouwd, dat inmiddels weer gesloopt is.
Oorspronkelijk was het gebouw van uit de Uilenburgerstraat niet zichtbaar van de openbare weg en slechts bereikbaar via de Koning Davidgang, de voormalige Brandewijngang.
In 1906 ontstond na de sloop van enkele huizen een voorplein en stond de synagoge niet meer op het Kokshofje aan de Uilenburgerstraat of zoals in andere documenten staat aan de Agterstraat op Uijlenburg.
Nu is het gebouw verborgen achter een hoge muur met hek.
Op de kaart van Balthazar Florisz uit 1625 staat een duidelijke afbeelding van Uilenburg. Op het eiland bevinden zich scheepswerven, pakhuizen twee lange- en twee dwarsstraten.
Het in 1593 aangelegde eiland is door vier bruggen met de buitenwereld verbonden; twee over de Montelbaens Burchwal, de huidige Oude Schans.
Het eiland werd steeds dichter bebouwd en de bevolking nam toe. Hele families en grote gezinnen woonden dicht opeen in gehorige, benauwde, onhygiënische en veel te kleine ruimtes. Men leefde en werkte voor een deel op straat. Vanwege de erbarmelijke woonsituatie werd Uilenburg aan het begin van de twintigste eeuw gesaneerd. Vrijwel alle uit de 17de eeuw daterende bebouwing werd gesloopt. Alleen de oostkant bleef in tact met aan het water typisch Amsterdamse bedrijvigheid, zoals een scheepswerf, pakhuizen en twee diamantslijperijen. Met als centrale parel de uit 1766 daterende synagoge.
De Uilenburger Synagoge is een tastbare herinnering aan het joodse proletariaat dat hier eeuwen geleefd, gewoond, gewerkt en geleden heeft. Deze herinnering wil de Stichting Uilenburger Sjoel levend houden.
De Stichting Uilenburger Sjoel ziet er naar uit om met de huidige bewoners van de oude buurt, waartoe ook de Nieuwmarktbuurt behoorde, de oude synagoge nieuw leven in te blazen.
Bestuur Stichting Uilenburger Sjoel
Vanaf het eind van de 17e eeuw vestigden zich arme joden uit Oost Europa op de nieuw aangelegde eilanden van de stadsuitbreiding, w.o. Uilenburg. Zij hebben er eeuwen gewoond en gewerkt, bouwden er hun Uilenburger synagoge, hadden een eigen taal en cultuur, een vreemde godsdienst met een andere kalender en eigen eetgewoonten. De nieuwe Amsterdammers werden weliswaar getolereerd maar bepaalde beroepen mochten ze niet uitoefenen. Joden mochten geen lid worden van de gilden en moesten hun eigen onderlinge hulp en armenzorg organiseren. Men hield sjabbat en ging trouw naar sjoel. De mensen leefden dicht op elkaar in ongezonde krotten en er heerste grote armoede.
In de Tweede Wereldoorlog werden bijna alle joodse bewoners uit de buurt gedeporteerd en vermoord. De huizen en andere gebouwen van de joodse gemeenschap werden leeggeroofd en van alle brandbare materialen ontdaan.
De synagoge bleef onttakeld en ontredderd achter.
Ter herinnering aan de joden, die hun Mokum nooit meer terug zouden zien, om recht te doen aan de geschiedenis van het bijzondere gebouw en de buurt en ter lering van de huidige en komende generaties werd in 2002 de Stichting Uilenburgersjoel (SUS) opgericht .
De doelstelling van de stichting is bovenal het terugbrengen van de Uilenburger Synagoge in de joodse sfeer, maar ook het verwerven van het hoofdgebruik van de sjoel en deze waar nodig te restaureren en te onderhouden. Hoofddoel hierbij is het openstellen van de synagoge voor diverse joodse sociale en culturele activiteiten en erediensten. Maar natuurlijk ook het ter beschikking stellen van de synagoge voor diverse activiteiten op sociaal en cultureel gebied voor de omliggende buurten en andere Amsterdammers.
In 1954 kocht de gemeente Amsterdam het gebouw voor het marktconforme bedrag van fl. 75.000. Na een provisorische opknapbuurt was het langdurig in gebruik voor de opslag van historisch waardevolle bouwmaterialen en was het restauratie atelier van Hans ’t Mannetje erin gevestigd.
Vanaf 1988 werd de synagoge aan het Nationaal Restauratie Centrum (NRC) verhuurd. De restauratie van het gebouw, maar niet als sjoel, kwam in 1996 gereed. Er worden nu cursussen in o.a hakken en beeldhouwen geven en de bovenzaal wordt verhuurd voor concerten en andere activiteiten.
Al op 2 september 1724 werd op de plaats van de huidige synagoge een huissynagoge ingewijd. Deze provisorische invulling werd snel te klein.
In 1765 werd besloten om een nieuwe synagoge te bouwen, die op 29 augustus 1766 in gebruik werd genomen. De bovenzaal was bestemd voor godsdienstoefeningen. De begane grond was verdeeld in twee zalen, die aanvankelijk dienst deden als bruiloftslokalen. De kelders fungeerden als keukens. Tenslotte werden de beneden ruimten gebruikt als een rituele slachtplaats voor gevogelte. In 1889 wordt er aan de achterkant een tweede trappenhuis gebouwd, dat inmiddels weer gesloopt is.
Oorspronkelijk was het gebouw van uit de Uilenburgerstraat niet zichtbaar van de openbare weg en slechts bereikbaar via de Koning Davidgang, de voormalige Brandewijngang.
In 1906 ontstond na de sloop van enkele huizen een voorplein en stond de synagoge niet meer op het Kokshofje aan de Uilenburgerstraat of zoals in andere documenten staat aan de Agterstraat op Uijlenburg.
Nu is het gebouw verborgen achter een hoge muur met hek.
Op de kaart van Balthazar Florisz uit 1625 staat een duidelijke afbeelding van Uilenburg. Op het eiland bevinden zich scheepswerven, pakhuizen twee lange- en twee dwarsstraten.
Het in 1593 aangelegde eiland is door vier bruggen met de buitenwereld verbonden; twee over de Montelbaens Burchwal, de huidige Oude Schans.
Het eiland werd steeds dichter bebouwd en de bevolking nam toe. Hele families en grote gezinnen woonden dicht opeen in gehorige, benauwde, onhygiënische en veel te kleine ruimtes. Men leefde en werkte voor een deel op straat. Vanwege de erbarmelijke woonsituatie werd Uilenburg aan het begin van de twintigste eeuw gesaneerd. Vrijwel alle uit de 17de eeuw daterende bebouwing werd gesloopt. Alleen de oostkant bleef in tact met aan het water typisch Amsterdamse bedrijvigheid, zoals een scheepswerf, pakhuizen en twee diamantslijperijen. Met als centrale parel de uit 1766 daterende synagoge.
De Uilenburger Synagoge is een tastbare herinnering aan het joodse proletariaat dat hier eeuwen geleefd, gewoond, gewerkt en geleden heeft. Deze herinnering wil de Stichting Uilenburger Sjoel levend houden.
De Stichting Uilenburger Sjoel ziet er naar uit om met de huidige bewoners van de oude buurt, waartoe ook de Nieuwmarktbuurt behoorde, de oude synagoge nieuw leven in te blazen.
Bestuur Stichting Uilenburger Sjoel
<< Home